Hoe praat je?
Elke dag opnieuw voer je innerlijke dialogen met jezelf.
Dat kan gaan van onschuldige zaken zoals jezelf erop attent maken dat je nog ergens heen moet of een boodschap moet doen na je werk. Of wanneer je wel eens verstrooid durft te zijn, dat je best goed oplet wanneer je de baan oversteekt zodat je niet tegen een auto of fiets aanloopt. Deze gesprekken zijn eerder neutraal. Ze zorgen ervoor dat je doet wat je moet doen en dat je jezelf niet in gevaar brengt. Je zou dus kunnen zeggen dat ze je helpen om je doel te bereiken.
In het beste geval hebben die innerlijke dialogen een positieve bijklank zoals jezelf een complimentje geven wanneer je een taak tot een goed einde hebt gebracht of over hoe leuk je er uitziet.
Maar de meeste van je innerlijke dialogen zijn jammer genoeg negatief gekleurd. Ze dienen als kritiek op wat je doet, denkt of voelt. Maar vanwaar komt toch die drang om zo negatief te denken over jezelf?
De focus op het negatieve
Onze drang om vooral te focussen op het negatieve is iets heel krachtigs. Reken maar eens na dat je zo’n 60000 gedachten hebt per dag en dat bij de doorsnee mens zo’n 70% daarvan negatief zijn en zelfs 90% wanneer je eetproblemen hebt.
Evolutionair gezien is het belangrijk om vooral de negatieve ervaringen te onthouden want die kunnen je in de toekomst helpen om te overleven. Negatieve ervaringen worden daardoor onmiddellijk opgeslagen in je geheugen.
Vandaag de dag gaat het natuurlijk niet meer om opletten dat je niet opgegeten wordt door een wild dier of neergeknuppeld wordt door iemand uit een naburige stam. Onze negatieve ervaringen komen vooral voort uit onze opvoeding en de maatschappij waar veel draait om 'goed' of 'slecht'. Doe je iets goed dan hoor je erbij en doe je iets slechts dan is de kans groot dat je wordt uitgesloten. Op die manier leer je ook al snel je gedachten, gevoelens en gedrag in die twee hokjes steken.
Helpende of niet-helpende gedachten
Op zich is het simpel. Durf los te komen van het hokjesdenken en steek wat je zegt tegen jezelf niet meteen in een goed- of foutjasje.
Neem pen en papier en schrijf om te beginnen eens neer wat je allemaal tegen jezelf zegt. Probeer dit te doen zonder te oordelen. Het gaat er in de eerste instantie om dat je inzicht krijgt in hoe je tegen jezelf praat.
Overloop vervolgens die gedachten één voor één en ga na of de gedachte helpend of niet-helpend is. Zorgt die kritische stem ervoor dat je gemotiveerd bent en je doel kan bereiken of houdt ze je klein en maakt ze je bang waardoor je geen stap dichter bij je doel komt?